Ik loop een paar dagen achter, dus we beginnen bij vrijdag.
Na een slechte, korte nacht vertrekken we uit Sloten om half acht.
Het regent en het waait. Ik zit, vechtend tegen de slaap, met geknepen billen in de zijspiegels te kijken of het raam er niet uit vliegt.
Om 9.15 uur kloppen we aan bij CC Emmen.
Er wordt direct actie ondernomen. Iedereen weet van het raam en er is uit voorzorg zelfs een nieuwe kraan besteld (gelukkig niet nodig).
De caravan verdwijnt meteen naar de werkplaats.
Wij krijgen koffie en nog meer koffie.
Maar er moeten nog vignetten gekocht worden voor Zwitserland, dus rijden wij Emmen (ANWB) in en beland ik in een gigantisch winkelcentrum.
Prachtig, maar je moet de weg wel weten.
Terug bij CC Emmen, staat onze Fendt klaar.
Het is gelukt om het raam te repareren en ook de lekkage is verholpen.
Terloops koop ik nog een lichtgewicht mat voor onder de luifel.
Om 11.15 uur kan de vakantie dan toch echt beginnen.
In Drenthe de grens over is voor ons een nieuw avontuur.
We rijden een andere wereld binnen.
De wereld van de mondkapjes.
Nog nooit ben ik zo slecht voorbereid op reis gegaan.
We hopen voorbij Koblenz te komen.
Vanwege Covid, is er niets gereserveerd. Gebieden schieten ineens op oranje, dus we gokken erop dan het naseizoen ons goedgezind is.
Met de ACSI-gids op schoot bel ik een camping in Bad Kreuznach.
"Tut mir leit........."
Balen😠 We zijn moe. De rit duurt te lang. We zijn te gretig.
Ze geeft het nummer van een camping bij Stromberg (waar we eens in een golfhotel logeerden) dat ik meteen opbel.
Een Limburger beantwoordt de in mijn beste Duits gestelde vraag.
Er is plaats en we kunnen de caravan aangekoppeld laten.
Was dat maar waar..............maar dat kunnen we op dat moment niet bevroeden.
We moeten loskoppelen om een beetje recht te staan. Ik heb helemaal geen puf meer, maar bereid toch een warme hap.
De vervallen ogende (doorgangs)camping liggend aan een "open riool rivier" staat vol.
De meesten zijn op weg naar huis.
Geen pretje, maar we zijn zo moe, slapen doen we toch wel.⇓
De volgende ochtend worden we pas om 9.30 uur wakker.
Het verslapen voelt lekker.
We ontbijten rustig en zijn snel weg.
Hoe anders was dat met de Sprite, waarin ik binnen alles in de reisstand moest zetten, vanwege het tekort aan opbergruimte.
De Fendt klikt goed aan en P. tilt hem nog eens op.
Maar wanneer we de uitgang bereiken horen we een knal.
Manlief staat op zijn rem.
Niet weer???
Jawel. Weer.
De caravan is van de kogel afgeschoten.
Alleen de breekkabel is kapot. Godzijdank.
Er snelt een Nederlander ons tegemoet. Een man die vele malen handiger is dan manlief.
We hebben een reserve breekkabel!!!
Hij weet die in een kwartiertje te monteren.
Onze dank is groot, maar een gift wegert hij aan te nemen.
"Het 'ie wat te doe," zegt zijn vrouw, die het sanitair van de camping schoonmaakt.
Om 11.30 uur kunnen we de reis voortzetten.
En net als op vrijdag worden we getreiterd door baustelles.⇓ Ik haat de Duitse autobahn: dit is al jaren zo - en wij mogen niet inhalen.
Tijd om de volgende camping te boeken. Een terugkomertje: Les Trois Chateaux in Eguisheim (Elzas).
"Hoelang?"
"Drie dagen."
Het is noodweer in de Alpen, dus we willen wachten totdat het daar rustig is. Maar ook wij willen even op adem komen.
Er is voldoende ruimte en aan boekingen op de dag van aankomst doen ze niet.
Het zint me niet.
Bij Ludwigshafen slaan we af naar Strassbourg.
Voor een sanitaire stop moeten we tussen de vrachtwagens parkeren.
Ideaal dat er bij deze caravan geen pootjes uitgedraaid hoeven te worden. In tegenstelling tot de Sprite bevindt de wc zich boven de wielbasis.
↕Het is zaterdag en de vrachtwagens mogen niet rijden.
Hun cabines zijn als huiskamer ingericht. Ik zie er zelfs en paar met satelietschotels.
Wat een verademing om via deze Franse snelweg naar onze camping in Eguisheim te rijden.
↑Les trois Chateaux
⇧Tussen de wijnranken door rijden we naar de ingang van de camping.
Het is volop oogsttijd in dit gebied dat leeft van de druiven.
Het is 15.30 uur wanneer ik me (met mondkapje) meld bij de receptie.
Er staan drie campers buiten te wachten. Het is druk.
De Elzasser toon van ontvangst is niet echt hartelijk, maar dat ben ik gewend, Ik blijf hoffelijk.
Ze zijn gestresst, dat is duidelijk.
Het ritueel is bekend. Ze geeft een aantal plaatsen aan waar we mogen staan. Ik moet te voet er een uitzoeken.
P. loopt met Jacky mee.
We pakken no. 77.
Manlief manoevreert deze caravan achteruit op zijn plek. Ook dat gaat veel beter dan met de Sprite.
Ik kijk met bewondering toe. Mijn applaus komt hem toe.
>>Vanaf hier ben ik kort.
We krijgen de caravan niet waterpas. Met de mover rijdt P. het rechter wiel op de leveler dat bijna kapot kraakt.
Het lukt niet. De caravan valt telkens terug. De levelers zijn te slap.
De televisie doet het ook niet, vanwege een storende boom.
Na zes pogingen geven we op.
<<
"Ga maar om een andere plaats vragen, El."
Met knikkende knieën meld ik me weer bij de reception.
Mi is niet blij met me. Anderen hadden nooit klachten over die plaats.
"Maar ik klaag niet, ik zeg alleen dat het ons niet lukt. Het ligt vast aan onze onhandigheid."
Mijn hemel, hoe klein kan ik mijzelf maken?
Okee, we kunnen naar nr. 22.
Maar ik moet wel €3,- meer betalen.
"Aujourd'hui s.v.p.".
We pakken alles op en haken de caravan weer aan. Dit is wel een goede manier om van de "aanhaakangst" af te komen.
Inmiddels is het vijf uur en ik moet nog boodschappen doen.
>>Vanaf hier ben ik kort.
We krijgen de caravan niet waterpas. Met de mover rijdt P. het rechter wiel op de leveler dat bijna kapot kraakt.
Het lukt niet. De caravan valt telkens terug. De levelers zijn te slap.
De televisie doet het ook niet, vanwege een storende boom.
Na zes pogingen geven we op. <<
We kijken elkaar aan.
Lachen of huilen?? Er is nog geen onvoortogen woord tussen ons gevallen.
Hoeveel kunnen we nog aan?
"En nu mag jij. Ze is tegen jou vast aardiger."
Zonder morren loopt P. naar de reception: krom en half mank. Hij kan niet meer.
"Nummer 25, bij hoge uitzondering want daar mogen geen honden.
Sterker nog, ik mag Jacky maar twee keer per dag uitlaten."
We moeten er samen danig om lachen.
Weer pakken alles op, draaien de Fendt met de mover en haken hem weer aan. Dit is een nog betere manier om van de "aanhaakangst" af te komen.
Maar inmiddels is het zes uur en ik moet nog boodschappen doen.
Plaats 25 is bingo!!
Er komt geen leveler aan te pas en de schotel heeft ruimte genoeg om Astra 3 op te vangen.
Ik rep me naar het dorp (met mondkapje) om iets te eten te halen.
In het sprookjesachtige Eguisheim lopen de toeristen met de ziel onder hun arm.
De twijfel is in de ogen te lezen.
Voor restaurants nemen ze de situatie op.
Normaliter staan er rijen wachtenden in dit toeristische stadje.
↓Op de camping worden de regels streng nageleefd.
Na al dat verhuis was de mover wel toe aan een oplaadbeurt.
CC Emmen had onder de bank, naast de accu, een stopcontact geplaatst.
Echt geweldig.
Tja, Covid of geen Covid - de wijnoogst gaat gewoon door.
Ik loop langs een wijnboer die aan het bottelen is.
Hij vraagt of ik wil kopen.
Ja, dat wil ik wel. Maar eerst een blog schrijven.
******