Het vrouwtje met de dunne handen had een pechdag.
Nou ja, de dag begon goed, want ze was weer afgevallen en haar streefgewicht kwam in zicht.
Maar verder was het een en al pech.
Ze liet een bak kwark uit haar handen vallen. Gelukkig schoot het hondje met de korte pootjes haar te hulp. Die likte alles op.
O jee:
het hondje met de korte pootjes zag het Perzisch tapijt aan voor een servet waar zij haar witte snorrebaard aan kon afvegen.
"Kleenex!," schreeuwde het vrouwtje met de dunne handen tegen de man met de grote oren.
Hij hoorde haar en probeerde te redden wat er te redden viel.
"Wil je een kopje koffie om te kalmeren?"
"Ja graag."
Het vrouwtje met de dunne handen nam plaats op de anderhalf jaar oude bank.
Het hondje met de korte pootjes piepte dat ze op schoot wilde.
Dat mocht.
Na de koffie besloot ze een boodschap bij Trekpleister te doen. Het vrouwtje met de dunne handen wandelt graag met een doel.
Toen ze voor de winkel stond ontdekte ze dat ze haar portemonnee was vergeten.
Ze belde de man met de grote oren, maar ze kreeg meteen zijn voicemail. Ze twijfelde of ze weer naar huis zou lopen, maar bedacht zich.
Ze belde het vrouwtje met de blonde haren die van 8.30 -16.30 uur in huis is. Die waarschuwde de man met de grote oren.
Na vijftien minuten zag ze het Franse witte autootje.
Eenmaal thuis viel haar pijnlijke oog op een grote gele vlek.
Op de anderhalf jaar oude bank.
"Nee hè?!"
Dat moest gebeurd zijn toen het vrouwtje met de dunne handen het hondje met de korte pootjes had opgetild.
Paniek alom.
En veel gevloek.
"Water en azijn," had de man met de grote oren op Google gevonden.
"Er is alleen schoonmaakazijn. Maar we hebben wel een extra verzekering. En ik heb toen ook een speciaal schoonmaakmiddel gekocht wat de winkel ons aanraadde."
Na enig zoeken vonden ze de fles en ging het vrouwtje met de dunne handen aan de slag.
Eenmaal opgedroogd zag zij toch nog iets geels, maar de man met de grote oren ging daar tegenin.
"Dat slijt dan wel," zei hij om ervan af te zijn.
Die avond, na de afwas, masseerde het vrouwtje met de dunne handen haar vingers een voor een soepel en zacht met een vette zalf.
Ze miste een ring.
Haar trouwring.
Ze gingen zoeken. Alles werd overhoop gehaald. Zelfs de (afwas)handschoenen werden binnenste buiten gekeerd.
Zonder resultaat.
De moeheid weerhield haar ervan in de auto en de berging te gaan kijken.
"Dat doe ik morgen wel. Ik wil deze pechdag nu echt afsluiten."
De volgende dag stond in het teken van het zoeken naar de trouwring.
De man met de grote oren zou met het hondje met de korte pootjes buiten gaan speuren.
Hij pakte de riem toen er vanuit de keuken een opgewonden gil klonk.
"Ik heb 'm!"
Het vrouwtje met de dunne handen hield een afwashandschoen op. "Die deed ik aan en toen voelde ik iets hards."
"Maar daar had je gisteren toch ook in gezocht?"
"Ja schat. Maar dat is nou het verschil tussen een pech -en een geluksdag."
******