21 mei, 2017

Touwtje


"Het touwtje uit de deur," van Jan Terlouw.
Neen, het is niet een nieuw kinderboek.

Maar de uitlatingen van Terlouw, op wie ik ooit stemde omdat ik hem zo knap vond, bij DWDD past in het rijtje van zijn bestsellers.

Terlouw, op respectabele leeftijd, wist met zijn kritisch-zalvende woorden heel veel mensen te bereiken.
Zo veel zelfs dat de laatste DWDD geheel in het teken van zijn "touwtje verhaal stond."

Vertrouwen. Daar ging het over.
Hoe krijgen wij weer vertrouwen.

En dan kom ik bij de foto.
Het bord zegt duidelijk dat de supermarkt geen vertrouwen in het gedrag van scholieren heeft.
Ze mogen er tijdens hun pauze niet meer in.

Is dat een probleem van deze tijd?
Neen!!

Ik ga even terug naar mijn middelbare schooltijd.

Het Rotterdamsch Lyceum en café Van Rijn.
Ze werden alleen maar gescheiden door de Pieter de Hooghweg.

Oom Cor was de eigenaar. Tante Nel stond achter de bar.
Tijdens de pauzes -en tussenuren stormden wij massaal het café binnen om een goed plekje te bemachtigen.
Dat hield in dat er voor andere klanten geen plek was. Van Rijn barstte uit zijn voegen.

De rest bleef buiten bij de voordeur tegen auto's aan hangen of zette de billen in de vensterbanken.

Hoe we het café achterlieten?
Uhhh........volgende vraag.

Op een dag stond tante Nel bij de deur.
"Gaat je wat gebruiken?"

Dat was je entreebewijs.

Ze stuurde je door naar oom Cor.
Die inde meteen twee kwartjes voor een kop koffie. Voor minder mocht je niet naar binnen.

Cor en Nel hielden het niet lang vol.
Na een paar weken bestormden wij het café weer en probeerden de scherpe blik van tante Nel te ontwijken.
Ik pakte dan snel een leeg kopje of glas van het biljart, maar ik weet zeker dat ze me doorhad.

Dat touwtje uit de deur is mij ook bekend.
Mijn ouders werkten beiden en sleutels aan vier kinderen geven was vragen om moeilijkheden.

Trouwens, bakker en melkboer moesten bestellingen in het halletje kunnen zetten.

Angst voor inbraak was er wel degelijk. Kralingen had last van Crooswijkse jeugdbendes.

Mijn ouders vormden een uitzondering in de straat.
Tweeverdieners was een woord dat in de jaren '50 en '60 nog niet bestond.
De meeste vrouwen waren thuis en zo was er toezicht in de straat.

Vertrouwen is iets wat mij niet met de paplepel is ingegeven.
Mijn, door de oorlog getraumatiseerde, moeder was altijd bang voor oorlog.

De Cuba-crisis, de Russische bezettingen in Oost-Europa, of oorlogen in het Midden-Oosten: 
mijn moeder zag in alles een aanleiding voor een Derde Wereldoorlog.
Ze heeft het gelukkig niet mee hoeven maken.

Conclusie: met dat vertrouwen zat het in mijn jeugdjaren ook niet goed.

Heeft het zin om hier een touwtje uit te hangen? 


Geen opmerkingen: