Na een uiterst vlotte, rustige reis arriveerden we vanmiddag tegen tweeën in Sale Marasino.
Het is vrij bijzonder om naar een - tot nu toe - enkel zomerse bestemming te gaan. Hoewel er geen buitenlander te bekennen valt, is alles hetzelfde vanuit de auto. De zon schijnt, het meer - beschermd door de bergen - lacht je tegemoet. Weliswaar is het "een paar graden kouder", maar alles is zo vertrouwd.
Ik kom al sinds mijn zevende naar dit meer, zij het op een andere locatie.
Gisteren haalde ik Jacob om 9.45 uur op. Als een speer reden wij via Antwerpen - Namen - Strasbourg - Colmar naar ons overnachtingsadres in Baldersheim. Dat ligt op 15 minuten rijden van Basel.
Jaren geleden hadden Peter en ik daar - in le Cheval Blanc - gelogeerd, waar we om 16.30 uur binnenvielen. Wat ik me er van herinnerde was het uitstekende (3 oventjes) restaurant.
Het hotel was een grote tegenvaller. Nog steeds in de bruin-oranjetinten, waardoor je een nauwkeurig tijdsbeeld kan oproepen. Het stof prikkelt (na 24 uur) nog steeds mijn neusslijmvliezen.
Het diner daarentegen was uitstekend, evenals de wijnen.
Vanmorgen om 8.30 uur reden we - na een kop koffie en een glas duurbetaalde jus d'orange, die in eerste instantie uit een pak kwam - verder. Vervolgens kreeg ik in de vrieskou nog een akkefietje met een dwarse Elzasser die aan het laden en lossen was op een lege parkeerplaats, doch uitgerekend dwars achter onze voiture stond. "Mon Dieu en merde" begreep hij maar al te goed.
Binnen 3,5 uur waren wij Zwitserland door. Geen sneeuw te bekennen.
Milaan hield - zoals gebruikelijk - een beetje op. Desalniettemin heb ik zo'n vlotte reis - van huis tot bestemming - nog niet meegemaakt.
Met 10 graden boven nul is het zacht te noemen. Terwijl Nederland de schaatsen uit het vet haalt, kan ik hier zonder jas in de zon zitten. Alleen de witte bergtoppen bewijzen dat het winter is.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten