04 november, 2012

Dagboek van een loods (22)



2 november

Koffers, dozen en tassen staan klaar om ons voor drie weken naar ons huisje in Zeeland te verhuizen.
De oppas komt vanavond.

Ik moet eruit.
P. moet eruit.

Maar er is geen beweging in hem te krijgen. 
Hij zegt nauwelijks te kunnen lopen.
"Ik durf niet naar Zeeland," zegt hij op het moment dat ik de auto wil gaan inladen.

'Dan ga ik alleen,' houd ik vol.
Het nieuwe bed wordt vanmiddag afgeleverd. 
'We worden hier gek. Je bent al negen dagen niet buiten geweest.'

Hij begint te huilen.
Zijn tranen raken mij niet. Ik weet dat hij slap en uitgeput is - maar ik zie dat hem lichamelijk "niets" mankeert.
Dit is regelrechte paniek. Het zit tussen de oren.
Is het geen obstipatie, dan is het wel diarree. Of een boer, of een scheet, of de hik, of een buikkramp.
P. is geobsedeerd.

'Je hebt geen koorts schat.'

"Nee, maar ik ben wel aan de dunne en ik denk dat ik een veel te lage bloeddruk heb. Ik voel m'n pols ook niet."

Nog steeds ben ik niet aangedaan.
'Okee - naar de huisarts?!'
"Jaha," jammert hij.

In de auto belt hij de assistente, die in eerste instantie niet doorheeft dat de huisarts hem meteen moet zien.

"Ik kan -en mag niet in de wachtkamer met andere patiënten," hoor ik P. zeggen.
Ik knik.

Helaas kan ik hem niet voor de deur afzetten, maar blijkbaar lukken die veertig stappen nu wel.
Wanneer ik binnenkom zit hij al bij huisarts A. (met wie ik nauw e-mail contact onderhoud sinds P. aan de chemo is) - die hem voorrang heeft verleend.

A. heeft zich (in tegenstelling tot de vorige twee huisartsen) verdiept in de leukemie die P. heeft.
Hoe fijn dat is ervaren we nu. Alles wat hij zegt over de CLL, de chemo en de bijwerkingen klopt.
'Heus, die laatste twee kuren worden slopend. Maar je doet het prima.'
Hij legt zijn hand op P's schouder, wiens traanbuisjes meteen weer actief worden.

Bloeddruk 130/80
Pols 75
Temperatuur 36,3

Bij ieder bemoedigend woord van A. begint mijn lief te huilen.
Hij wordt "gezond" bevonden en ik zie de rust in zijn gezicht terugkomen.

Opgelucht gaan we terug naar huis.
Ik pieker mij suf waarom P. (die in gezonde tijden een gezonde stoelgang heeft) nog steeds diarree heeft. Hij neemt geen Movicol meer, dus dat kan het niet zijn.
Ineens weet ik het.
'Heb je vanmorgen Activia gegeten?'
Hij knikt.
'Schat, daar kan je nu wel mee stoppen hoor.'
Hij knikt weer.

P. blijft in de auto terwijl ik de bagage ga halen.
Op weg naar Zeeland weet hij voor het eerst interesse in iets anders dan zichzelf te tonen:
"El, je mag hier 80!"

Hij nestelt zich in zijn recliner en valt in een ontspannen slaap.
Ik weet zeker dat dit de ommekeer is.


En zie hem vandaag eens.
********

Geen opmerkingen: