20 oktober, 2009

Familiegeschiedenis

Het goot dat goten overliepen, de lucht zag grauw en grijs, geen tak hield nog een blad vast, er was geen koorts meer, er was was te doen maar die bleef ongewassen. Kortom, ik wilde weer iets ondernemen.

De huizen van de NT zijn (voor mij) de meest aantrekkelijke bezienswaardigheden van dit land.
Waarom?
Omdat ik het heerlijk vind mij in het verleden van andere mensen te begeven. Ik verlekker mij aan al dat antiek: vooral het tafelzilver met monogrammen en een enkel deukje. Maar ook de schitterende serviezen en het glaswerk zijn een lust voor mijn oog.
De inventiviteit verbaast mij telkens weer. Wijnkoelers en bordenwarmers van eeuwen geleden. Ik zou ze nu graag gebruiken. Ook omdat het kunststukken zijn.

Vandaag stond het imposante Victoriaanse Knighthayes Court op het programma. In feite een "jong" huis met een mooie geschiedenis. Sir John Heathcoat-Amory (1829 - 1914) was een succesvol (lace=kant) fabrikant. Hij was een Liberal, had een opleiding aan een eenvoudige universiteit gevolgd en werd derhalve tot de new rich (nouveau riche) gerekend.

Zijn nakomelingen konden dankzij Sir John's geld allemaal naar Eton en werden Conservatives. De latere Heathcoat-Amory's vonden KNIGHTHAYES afschuwelijk. Het was te nieuw en hoorde daarom niet tot de "grote" huizen.

De laatste bewoonster was golflegende Joyce Heathcoat-Amory (geboren Wethered), een tijdgenoot en vriendin van Bobby Jones. Haar huwelijk met Sir John (1894-1972) bleef kinderloos.
De neven gaven te kennen geen interesse in het huis te hebben. The National Trust kreeg het in 1973.

Het aardige van dit huis, dat mij erg aan een jachtslot doet denken (voorloper van en veel klassieker dan Berlage), is dat de familie ook het interieur heeft achtergelaten. Zo is de bibliotheek helemaal authentiek.

Aandoenlijk waren de schoolkinderen in hun blauwgrijze uniformpjes. Ik schatte ze niet ouder dan zes jaar. Misschien nog iets te jong voor een dergelijke excursie, tenzij het ging om een lesje "overal van afblijven." Met bewondering volgde ik de leiding en het geduldige personeel van the National Trust.

Alles bleef heel.

Geen opmerkingen: